En het bleef nog lang onrustig in mijn hoofd is een regel uit een van de in deze bundel verzamelde columns van Youp van 't Hek. Deze onrust is waarschijnlijk de voornaamste oorzaak van het succes van zijn wekelijkse stukjes in NRC-Handelsblad, die door velen op zaterdag als eerste worden gelezen. Vaak kwaad, maar nooit kwaadaardig, speelt regelmatig op de man, maar altijd met open vizier, en alles houdt hem bezig: van de meest wereldse zaken tot de oorpijn van zijn dochter. En waar het hem om gaat? Om de lach. Niks meer en niks minder. 'Wat is er met Van Deudekom gebeurd? Niemand weet het. Alleen ik. Ik weet dat hij voor lul door Ommen heeft gelopen. Met zijn hand op de schouder van het hoofd bibliotheekzaken van de gemeente Velsen. En in Velsen bloeit de bieb als nooit tevore n.' Zo eindi gt Youp van 't Hek zijn stukje 'Zentijd' (geen zetfout!) in deze verzameling van 41 briesende columns uit NRC Handelsblad, in die krant verschenen in de periode augustus 1995 tot juli 1996. In dat jaar hebben zich weer veel zaken voorgedaan die door Van 't Hek eerst met stijgende verbijstering zijn gadegeslagen en hem vervolgens naar de tekstverwerker deden snellen om lucht te geven aan zijn opgekropt gemoed. Het lijkt erop dat hij wat minder hilarisch is dan in voorgaande bundels, al ramt hij er als vanouds bij tijd en wijlen stevig op los. Een prijs voor het debiteuren van subtiele grappen zal hij nooit ofte nimmer krijgen, de overdrijving is en blijft het wapen dat hij bij voorkeur hanteert. Normale druk. Toptien-boek.
