Nadat Youp van 't Hek in NRC-Handelsblad zijn vaste column als sportcommentator vaarwel zei begon hij aan bespiegelingen in een breder spectrum. De wereld met alles erop en eraan werd zijn onderwerp. Dat Van 't Hek beschikt over een zeer directe en humoristische woordkeus mag inmiddels bekend worden verondersteld, dat hij daarbij zijn licht zo kundig over een groot aantal onderwerpen liet en laat schijnen is nieuw. En zeer aantrekkelijk, want de vraag: Heb jij Youp al gelezen? Wordt in vele gezinnen - en maar al te vaak met een lach- gesteld. In Amah Hoela is een ruime selectie gemaakt over wat Van 't Hek zijn tijdgenoten heeft mede te delen. Een amah, zo leert Youp van 't Hek ons in het tweede van de 43 stukjes in deze bundel, is een uit de derde wereld afkomstige vrouw die voor een belachelijk loontje het huishoude n en de kinderen doe t bij kakkers in het Gooi, Aerdenhout en Wassenaar. Daarover maakt hij een aantal cynische grappen, zo ongeveer te vergelijken met de manier waarop hij in zijn theaterprogramma's Buckler-drinkers en geruite-broekendragers in de zeik zette. De meeste van deze krantecolumns van 2 of 3 bladzijden zijn geschreven naar aanleiding van een actuele gebeurtenis; zo gauw men zich die niet meer kan herinneren gaat een flink deel van de aardigheid verloren. In de meeste gevallen echter weet Van 't Hek aan dit gevaar te ontsnappen door zijn stijl, misschien het best te vergelijken met de wijze waarop Ajax voetbalt als het in goede doen is: flitsend en doeltreffend. Alleen daarom al is het goed dat ze voor de vergetelheid van de kattebak of de visboer behoed zijn. Toptien-boek.
