Wim Daniëls - Blits!
Kenmerken
- Conditie
- Zo goed als nieuw
- Levering
- Niet van toepassing
Omschrijving
de taal van de jaren zestig
224 pagina's
Wim Daniëls is schrijver van boeken over taal, literaire verhalenbundels, woordenboeken, poëzie en informatieve boeken over uiteenlopende onderwerpen. Hij schrijft voor kinderen en voor volwassenen
Met ‘Kom van dat dak af ’, de grote hit van Peter Koelewijn, begonnen de roerige jaren zestig in Nederland. Vanuit Amerika was ‘tupperware’ in aantocht en daarmee ook de ‘tupperwareparty’. Langs autowegen kwamen ‘wegenwachtelijke toestellen’ die men ‘praatpalen’ ging noemen. Het woord ‘dijenkletser’ verscheen ten tonele en de ‘doorkijkbloes’ werd populair, evenals de ‘monokini’. Het vlakke Nederland kwam plotseling
met een ‘boterberg’ te zitten. Nederland leerde ‘hippies’ kennen en via een proefschrift van professor Buikhuisen uit 1965 werd ‘provo’ (van ‘provoceren’) een geuzennaam.
In Blits! schetst Wim Daniëls de jaren zestig aan de hand van de nieuwe woorden en begrippen die in dat decennium opgenomen werden in de Nederlandse taal. Blits!, een vervolg op het succesvolle Mieters! (over de taal van de jaren vijftig), neemt de lezer mee naar een onvergetelijke tijd waarin Nederland ingrijpend veranderde.
De jaren zestig spreken voor veel mensen tot de verbeelding. Een boek over die periode is dan ook bij voorbaat een succes. Taalfreak Wim Daniëls (1954) schreef eerder het boek 'Mieters!'* over de jaren vijftig en bijt zich nu vast in het taalgebruik van de jaren zestig. Na een leuke inleiding over de persoonlijke belevenissen van de auteur passeren woorden als hippie, gastarbeider en wauw de revue. Hij schrijft over slogans als: 'glaasje op, laat je rijden', 'kaas uit het vuistje' en, zoals hij het mooi noemt: beklijvende namen, zoals 'Berlijnse Muur', 'Gooise Matras' en 'Mies'. Uit een artikel van de Haagse Post uit 1969 haalt Daniëls een lijst met 'jarenzestigjargon', zoals: klootjesvolk, ludiek en gezagscrisis en uitdrukkingen als: 'gaat ver hoor' en 'langharig werkschuw tuig'. Hij besluit het boek met een hoofdstuk over 'verengelsing'. Terecht, want veel woorden uit die tijd komen uit de Engelse taal, denk aan image, living, leasen en paperback. Fraai en met veel zorg samengesteld taalkundig tijdsbeeld over een roerig decennium. Met bronnenoverzicht en een klein aantal zwart-witfoto's.