149 pagina's
Nog nooit was een naaimachine zo angstaanjagend…
Enge Ella is een spookje dat met haar familie overdag keurig opgevouwen als een lap stof op de bovenste plank van een textielfabriek woont. 's Avonds gaat ze naar de nachtschool voor Jonge Ongeletterde Spoken. Ella is vaak eenzaam, omdat haar moeder is verdwenen. Op een kwade dag wordt Ella's nichtje Fiona tot handtas vermaakt en naar Parijs verstuurd. Ella vertrekt met het mensenkind Pinneus naar de lichtstad om Fiona terug te halen. Daar beleeft ze hachelijke avonturen in het Louvre, maar gelukkig krijgt ze hulp van enkele beroemde geesten, zoals Victor(Hugo) en Leonardo(Da Vinci).
Enge Ella en haar spookvrienden 'wonen' overdag in de textielfabriek, maar gaan 's nachts naar de nachtschool. Als haar vriendin Fietje tot handtas wordt gemaakt, gaat Ella er samen met haar mensenvriend Pinneus, de zoon van de eigenaar van de fabriek, achteraan. Samen komen ze in Parijs waar ze via beroemde mensen/spoken en gebouwen Fietje proberen te redden. Eerste deel uit een sprookjesachtige serie van uiteindelijk tien boekjes over het spookje Ella, waarin zij bij ieder avontuur op zoek gaat naar een levensles/waarheid. Het verhaal is eenvoudig en bevat veel spokenhumor en fantasievolle spokenwoorden wat de doelgroep zeker zal aanspreken. De woordkeus is niet altijd even makkelijk. Het boek is fraai vormgegeven met schitterende gekleurde illustraties. Deze bijzondere combinatie doet denken aan de bekendste boeken van Roald Dahl en Quentin Blake. Een beloftevolle start. Voorlezen vanaf ca. 8 jaar, zelf lezen vanaf ca. 10 jaar.
