PAUL DE MONT
**DE BLOEIENDE GAARDE**
**KRONIEK VAN HET KLOOSTERHOF**
UITGEGEVEN DOOR P. VINK - ANTWERPEN.
BEVAT 50 TEKENINGEN T.T.Z.
BIJ DE EERSTE LETTER VAN IEDER HOOFDSTUK.
ARTIKEL INVENTARIS CODE 98.468
MAXI- FORMAAT 249 X 168 X 44 + 416 PGS + 838 GRS
VERZENDING IN BELGIE 5,50 EURO NR NEDERLAND 8,50 EURO.
Louis' Thuispagina - VLAAMSE SCHRIJVERS
PAUL DE MONT Paul De Mont werd geboren te Ninove op 1 juni 1895. Zijn middelbare studies deed hij aan het Sint-Jozefscollege te Aalst. Daarna studeerde hij één jaar aan de Leuvense universiteit, tot WO I uitbrak. Hij werd soldaat, maakte de slag om Diksmuide mee en kwam als zwaar verminkte terug. Na de eerste wereldoorlog werd hij stadssecretaris te Ninove. Hij was enige tijd leider van het rexisme (1) in Vlaanderen en zetelde in de senaat van 1936 tot 1939.
Paul De Mont begon toneelstukken te schrijven na zijn volledige herstel van de opgelopen oorlogsverwondingen. Hij debuteerde in 1923 met "De spelbreker", een realistisch familiedrama. Zijn navolgend werk was eerder expressionistisch (2). Vermeldenswaardig is zijn toneelbewerking van het satirische epos "Reinaert de Vos" (1925).
Zijn toneelwerk was gekenmerkt door vlotte, vlugge dialogen en dikwijls met bijtende ironie (3) en scherpe satire (4) voor bestaande toestanden.
Hij schreef ook essays (5), o.a. "De wereldoorlog" (1934), waarin zijn pacifisme (6) tot uiting komt.
In zijn laatste werk "De verrijzenis van Jezus" (1949) trachtte hij de figuur van de apostel Thomas psychologisch te verklaren.
Hij schreef ook onder het pseudoniem Oslower.
Paul De Mont stierf te Ninove op 10 november 1950.
Bibliografie:
* De spelbreker (toneel, 1923)
* Nuances (toneel, 1925)
* Reinaert de Vos (toneel, 1925)
* Het geding van Onze Heer (passiespel, 1926)
* Bartel de sterke vent (toneel, 1927)
* Smidje Smee (toneel, 1927)
* De slag der zilveren sporen (toneel, 1928)
* De verkiezing van '94 (toneel, 1930)
* De Lamme (toneel, 1930)
* Willem de Zwijger (toneel, 1933)
* De internationale der wapenfabrikanten (essay, 1934)
* De wereldoorlog (essay, 1934)
* De erfenis (toneel, 1935)
* Artevelde's val (toneel, 1948)
* Artevelde, de mythe en de man (essay, 1948)
* De bloeiende gaarde. Kroniek van het Kloosterhof (roman, 1949)
* De verrijzenis van Jezus (bijbels drama, 1949)
* Téléscopage (toneel, ?)
-----------
(1) rexisme = politieke beweging op totalitaire grondslag
(2) expressionisme = kunstrichting waarbij persoonlijke beleving en visie wordt uitgedrukt
(3) ironie = spottend het tegengestelde zeggen van wat men bedoelt, doch zo dat geen misvatting ontstaat
(4) satire = hekeldicht
(5) essay = korte verhaling, letterkundig opstel
(6) pacifisme = streven naar duurzame wereldvrede
**THE MORE THE MIND IS USED , THE MORE FLEXIBLE IT BECOMES, AND THE MORE IT TAKES UPON ITSELF NEW INTERESTS.**
dixit GEORGE MATTHEWS ADAMS.
