MIJN SOEVEREINE LIEFDE - door Tomas Lieske
Kenmerken
- Conditie
- Nieuw
- Levering
- Ophalen of verzenden
Omschrijving
MIJN SOEVEREINE LIEFDE
door Tomas Lieske
In de historische novelle Mijn soevereine liefde voert Tomas Lieske de lezer mee naar de hofhuishouding van Filips II halverwege de zestiende eeuw.
Roerige politieke tijden, waarin de oorlogen tussen Spanje, Frankrijk en Engeland worden beslecht met strategische huwelijkssluitingen. Lieske’s verteller, de Hagenaar Marnix de Veer, is echter, zoals hij meermalen met zoveel woorden verklaart, niet zo geïnteresseerd in politiek. Hij is geïnteresseerd in rekenkunde en meetinstrumenten, in mechanieken en gebouwen. Het is ook vanwege zijn wetenschap op die gebieden, dat Filips – hier consequent op zijn Spaans aangeduid als Felipe – hem in dienst neemt.
Hij is dan, evenals zijn broodheer, 21 jaar.
Bij het vertrekpunt van De Veer’s verhaal zijn we vijftig jaar verder. Felipe ligt op zijn sterfbed in het Escorial, het paleis dat onder auspiciën van zijn trouwe dienaar is gebouwd. Hij lijdt helse pijnen, die enigszins worden verlicht met behulp van ingenieus scharnierende hijssystemen, bedacht en ontworpen door diezelfde trouwe dienaar.
Aan toewijding geen gebrek zou je denken. Des te interessanter dat het eerste hoofdstuk eindigt met de verzuchting: ‘…wat heb ik die man verschrikkelijk gehaat.’
In de volgende hoofdstukken worden we getuige van groei en ontwikkeling van een gecompliceerde verhouding tussen de meester en zijn knecht. Een verhouding die per definitie berust op macht en vanzelfsprekende loyaliteit, maar die door de werking van de tijd, en door wederzijds respect, uitgroeit tot vriendschap, grenzend aan liefde. De trouw van de dienaar wordt echter op de proef gesteld als hij zijn beminde hofdame Isabel Osorio onder zijn ogen geschaakt ziet worden door zijn koning die haar voor zichzelf opeist.
Mijn soevereine liefde is een spannende novelle, die tijdsgewricht en historische anekdotiek overstijgt als gevolg van de directe persoonlijke verteltrant die Lieske bezigt. Wij bezien de koning door de ogen van Marnix de Veer, we groeien mee in zijn loyaliteit en tegelijkertijd zijn woede, zozeer dat het uiteindelijk de vraag is in hoeverre hij als verteller ‘betrouwbaar’ is. Niets menselijks is hem vreemd, zoals blijkt uit de agressie die hij botviert op een hoogbejaarde en hulpeloze passant. Ook op andere onverwachte momenten steekt zijn verdrongen rancune de kop op, en tot vijftig jaar later is het de vraag in hoeverre de behoefte aan wraak ooit echt verdwenen is.
Binnen het bestek van een novelle weet Lieske, sierlijk, precies en in de voor hem inmiddels kenmerkende wellustige verteltrant (‘Er hangt een geur over het land als van een reusachtig, vadsig volkswijf…’), te raken aan duistere zielenroerselen en tegenstrijdige emoties. Het verhaal dat hij bij monde van zijn zestiende-eeuwse protagonist vertelt, is enerzijds glashelder, anderzijds gecompliceerd als een dikke psychologische roman. Zozeer dat zelfs de titel, Mijn soevereine liefde, na lezing in een definitief ander licht komt te staan.
Wie betreft die soevereine liefde? En ís die liefde wel zo soeverein te noemen? Zoals de verteller het zelf nuchter samenvat: ‘Hij bleef voor mij de man die mijn leven deelde, hoe vreemd dat ook moge klinken.’
Uitgave: Querido
Hardcover, 108 pagina's
In NIEUWSTAAT
(CDJK)