Mary Schoon (1955) woont en werkt in Akersloot, is moeder van vier kinderen en oma van inmiddels acht kleinkinderen. Ze schreef eerder toneelstukken en ook vijftien kinderboeken bij uitgeverij Van Holkema & Warendorf, voordat ze in 2011 debuteerde met haar eerste historische familieroman: Tilly Tod. Daarna volgden de vervolgdelen Ik heet Susan Brand en Zij van Keijzer. Haar vierde roman getiteld Bang hart verscheen in 2013.
Rawanda, de oude heks, komt bij Grizela en Ratja op bezoek om te vertellen dat ze naar het Woeste Woud gaat. Daar woont de machtige en gemene opperheks Grubecca, die een wonderlijke glazen bol bezit waarmee je in de toekomst kunt kijken. Grubecca is doodziek en Rawanda hoopt vurig haar bol te erven. Maar Grizela en Ratja willen die bol ook wel, en reizen stiekem naar het Woeste Woud. Ze proberen ze Rawanda te vlug af te zijn. Maar het is niet zo gemakkelijk als ze denken om Grubecca met haar glazen bol te vinden
In het Woeste Woud woont de machtige en gemene opperheks Grubecca die een glazen bol bezit waarmee je in het heden en in de toekomst kunt kijken. Ze is oud en doodziek. Zowel de nette, verstandige Rawanda als de slordige en luie Grizela en Ratja (alle drie heksen) gaan op reis in de hoop als eerste Grubecca te vinden en de bol te erven. De personages in dit spannende, maar vooral lekker kolderieke verhaal kunnen behoorlijk sluw en vals zijn. Als bijv. Rawanda in een moeras dreigt te zakken, zijn de anderen mooi van haar af. Maar heksen moeten elkaar soms helpen en doen dat ook. Meestal worden gemene plannen niet uitgevoerd of lopen alsnog goed af. Het (bijna) einde is zelfs sympathiek: zonder dat een in het bos wonende zwerver het weet, zorgen ze dat hij een dak boven zijn hoofd krijgt. De belevenissen worden met vaart verteld: veel dialoog, veel actie, nauwelijks karaktertekening. Grappige gewassen pentekeningen. Voor kinderen van eind groep vier met al een flinke woordenschat, die een al wat langere tekst aankunnen.
