169 pagina's
AVI E7
Lydia Rood (1957) is één van Nederlands bekendste schrijfsters. Van haar hand verschenen niet alleen jeugdboeken, maar ook thrillers, romans en theaterproducties. Voor haar jeugdboeken ontving ze onder andere een Vlag en Wimpel en een Zilveren Griffel. Twee van haar thrillers werden genomineerd voor de Gouden Strop.
De tweeling Karim en Karima heeft wel een vader, maar ze kennen hem eigenlijk niet. Want ze wonen in een dorpje in het Marokkaanse Rifgebergte, en hun vader woont in het verre Hollanda. Hij betaalt de huur voor hun huisje, zodat Karim naar school kan. Karima moet haar zieke moeder helpen.Maar Karim vindt er niks aan op school. En Karima zou juist graag leren lezen! Karim droomt van rijkdom, Karima van de liefde. Koppig en eigenwijs gaan ze elk hun eigen weg en maken elk hun eigen fouten. Tot de dag dat uit Hollanda de brief komt die alles verandert...Mohamed Sahli bracht zijn jeugd door in Marokko. Zijn herinneringen aan de lotgevallen van zijn vrienden in de Rif vormen de basis van dit verhaal, dat hij schreef samen met zijn vrouw Lydia Rood.
Door de ogen van een Marokkaanse tweeling, een jongen en een meisje, die met hun moeder in het Rifgebergte woont en dus Berbers is, volgen we het moeizame dagelijks leven aldaar. De vader werkt in Nederland en stelt, op zijn sporadische bezoeken aan het gezin, strenge eisen aan de tweeling. Jongens moeten leren en daar voelt Karim nu juist niets voor, terwijl meisjes klaargestoomd moeten worden voor het huwelijk en Karima niets liever wil dan zich ontwikkelen. Tijdens de jaren die beschreven worden, veranderen de kinderen in pubers en raakt Karim op het verkeerde pad. In een beeldend taalgebruik worden de karakters van beide kinderen goed uitgediept. Het uitzichtloze bestaan is naast triest ook heel boeiend voor wie zich wil verplaatsen in een andere cultuur. Het verhaal is op de laatste bladzijde niet echt uit, maar verwijst naar een, nog te verschijnen, vervolg. Vanaf ca. 11 jaar.
