151 pagina's
Harry heeft het als jongste van drie broers niet gemakkelijk. Hij houdt meer van dansen en dromen, dan van vechten en voetballen. Harry's moeder en zijn tante Ida snappen er niets van. Is Harry misschien zo anders dan zijn broers omdat hij midden in de oorlog is geboren? Gelukkig heeft Harry een hoop fantasie en beleeft hij in zijn dromen en in het echt heel wat avonturen. Vaak gaat hij op bezoek bij de wijze indianenvrouwen uit zijn lievelingsboek, die weten dat hij eigenlijk heel moedig is. En uiteindelijk komt Harry daar zelf ook achter.
In een straat van het kapot gebombardeerde Berlijn, waar ook de auteur van dit boek woonde, komt vlak na afloop van de Tweede Wereldoorlog de zesjarige Harry met zijn moeder, tante en twee broers van 14 en 20 wonen. Harry is een zacht en dromerig type met een rijke en welhaast ongebreidelde fantasie. In zijn droomhok kan hij echter zijn die hij werkelijk is of zou willen zijn. Een teder en fijnzinnig verhaal over een bangelijk kind dat haarscherp relaties tussen mensen observeert. Het wordt ondersteund door 21, vaak paginagrote, transparant-wazige illustraties, even dromerig als Harry zelf. Net als de drukletter zijn ze bruin, in pen- en inkttechniek. De in Nederland viermaal bekroonde auteur (twee Zilveren Griffels o.a.) ontmoette Harry als volwassene pas weer, nu natuurlijk minder breekbaar, als dat deze op de kaft is afgebeeld. Het boek kan vanaf begin groep 6 (ca. 10 jaar) zelfstandig gelezen worden, maar voorlezen in groep 4 (ca. 8 jaar) van de basisschool lijkt een uitdaging.
