Geschiedenis en actualiteit van de Rotterdamse Bebouwingscommissie
Jubileumuitgave ter gelegenheid van 80 jaar Bebouwingscommissie
Hoogst zeldzaam zijn ze: gemeenten met een eigen bebouwingscommissie. Rotterdam kreeg er noodgedwongen eentje na het Duitse bombardement van 1940. Die commissie functioneert volop tot op de dag van vandaag. Valt er voor andere gemeenten met hun bouwopgaven iets van te leren?
Lege handen
De Duitse bommen van 14 mei 1940 veroorzaakten in Rotterdam een acute noodsituatie. Niet alleen verloren een kleine duizend Rotterdammers het leven, ook gingen 25.000 wooneenheden plat en raakten 78.000 stadsbewoners dakloos. Ook het Stadstimmerhuis waar alle stedenbouwkundige gegevens van de gemeente werden bewaard, werd getroffen. De Bebouwingscommissie die vier maanden na de ramp voor het eerst bijeenkwam, begon met vrijwel lege handen
Fascinerend
De geschiedenis van deze unieke commissie is geboekstaafd in een even uniek, ronduit schitterend uitgegeven boek: ‘De stad staat nooit stil. Geschiedenis en actualiteit van de Rotterdamse Bebouwingscommissie.’ Met los bijgevoegde kopieën van historische documenten en haarscherpe fotografie. Maar de geschreven inhoud is minstens zo fascinerend. Want de integrale gebiedsontwikkeling die bij gemeenten met hun uiteenlopende ruimtelijke opgaven tegenwoordig zo in de mode is, die startte in Rotterdam al in 1940.
Bouwrijp en herkaveld
Vier dagen na de verwoesting van de binnenstad begon Rotterdam onder leiding van ingenieur W.G. Witteveen al aan een plan voor de Wederopbouw. Rigoureuze maatregelen brachten snelle oplossingen in beeld, misschien mede als gevolg van die totale vernietiging en het Rotterdamse adagium van geen woorden, maar daden. Zo werden op 24 mei 1940 zo’n 25.000 (restanten van) woningen in één klap onteigend om spoedige herbebouwing mogelijk te maken. De bezetter bemoeide zich nauwelijks met de nieuwe plannen, zolang de ambtenaren de haven maar ongemoeid lieten. Binnen een jaar na het bombardement was het Rotterdamse centrum alweer bouwrijp gemaakt en herkaveld.
Bouwstop
Een verklaring voor die voortvarendheid schuilt ook in de groep ambtenaren uit het hoogste echelon die op 17 september 1940 voor het eerst bijeenkwam: de Bebouwingscommissie. Initiatieven van bewoners om hun vroegere leven weer op te pakken worden vaak en snel gehonoreerd: noodwinkels, noodscholen en ook veel noodcafés. Maar de commissie buigt zich eveneens over het gebrek aan woningen. Tot 1942 dan, als de Duitsers een bouwstop afkondigen. Al het beschikbare bouwmateriaal moet de laatste oorlogsjaren worden ingezet om verdedigingswerken te bouwen.
Kleedgebouwtjes
In de eerste naoorlogse jaren krijgt de wederopbouw van Rotterdam voortvarend gestalte. Beslissingen over grootschalige bouwprojecten worden vaak al vooraf in het college bekokstoofd en passeren vrijwel geruisloos de commissie, maar over andere kleine projecten wordt beraadslaagd. Van nieuwe flatgebouwen waar Rotterdammers bezwaar tegen maken, tot ‘kleedgebouwtjes’ aan een Rotterdamse plas. Maar zelden wijkt de verantwoordelijk wethouder af van het oordeel van de bebouwingscommissie, wat in latere tijden overigens een constante blijft.
Zestig aanvragen
De commissie komt in principe nog steeds eens per week op woensdagochtend bij elkaar. Per vergadering staan zestig vergunningaanvragen met een strijdigheid op de agenda, waarover de commissie moet besluiten. De huidige directeur Bestaande Stad Carlo Schreuder beziet de bebouwingscommissie als ‘een van de pareltjes’ van zijn gemeentelijke organisatie. Door het jarenlange bestaan is enorm veel expertise over voorschriften, regels en wetten opgebouwd, vindt hij, en – minstens zo belangrijk – een fingerspitzengefühl voor beleidsgevoelige zaken.
Vijfsterrenhotel
De laatste decennia richt de commissie het vizier vaker op omstreden bouwprojecten als windturbines, hotelboten en hoogbouw als de 212 meter hoge Zalmhaventoren. Bij de 2500ste bijeenkomst van 21 november 2018 staat herontwikkeling van het oude hoofdpostkantoor aan de Coolsingel op de agenda, nota bene een van de weinige panden in het centrum dat de Duitse bommen heeft doorstaan. Op punten als geluid, hoogte en parkeren lijkt de initiatiefnemer, die er een vijfsterrenhotel van wil maken, te kunnen inpakken. Maar tot een harde afwijzing komt het niet.
Ja, mits
Typerend, wat dat betreft, zijn de twee hoofdstuktitels die het boek afsluiten. ‘Weigeren is een beetje onze eer te na’ en ‘Die integrale afweging, die maken wij al heel lang.’ De commissie maakt er ver voor de Omgevingswet werk van om vroegtijdig met indieners van plannen om de tafel te gaan: ‘Als je het nou zus en zo doet, maak je een hele goede kans.’ Als de Omgevingswet er per 1 juli 2022 is, overweegt de bebouwingscommissie nog een stap verder te gaan en initiatiefnemers voor de commissie hun verhaal te laten doen.’
Verz.kosten voor koper