J. Krishnamurti: Over opvoeding
In onze samenleving gaan we er gewoonlijk van uit dat de geest van het kind door kennisvermeerdering ontluikt en opbloeit. We gieten het kind dus vol kennis, die zijn geest echter alleen maar vervlakt: iemand die slechts functioneert met de kennis die bij hem voorhanden is, is een beperkt mens. Wat is nu het alternatief? Hoe wordt iemand alert en levend? Hoe leert iemand kijken met zijn eigen ogen, luisteren met zijn oren en voelen, helemaal vanuit zichzelf? Van fundamenteel belang bij opvoeden is het inzicht, dat er geen enkel essentieel verschil bestaat tussen leraar en leerling. Beide functioneren in het creatieve leerproces op gelijk niveau. De werkelijke wisselwerking leraar-leerling vindt al direct plaats als er door beide écht geluisterd, geobserveerd en begrepen wordt. De gesprekken in dit boek voerde Krishnamurti met de leerlingen (eerste deel) en de leraren (in het tweede gedeelte) van twee scholen in India, die hij begeleidt. De hele problematiek rond opvoeden wordt hierin besproken: de verschillende geaardheid van de wetenschappelijk en de meer religieus ingestelde geest, wat kennis is en wat intelligentie, vrijheid, orde, gevoeligheid; angst, geweld en concurrentie; de juiste geestelijke instelling en meditatie worden eveneens besproken. Vanuit deze totale problematiek komt Krishnamurti tot de werkelijke wortels van onze samenleving.
Uitg. Ankh-Hermes, paperback. In goede staat.
Ah
1213
P150122