144 pagina's
over alles wat belangrijk voor hen is
Hoe leg je een kind uit wat het milieu is, of wat het betekent om iemand te verliezen? Oftewel: hoe voer je een goed gesprek met een kind, over de gewone en ongewone dingen van het leven?
In dit boek wordt uitleg gegeven over de denk- en gevoelswereld van peuters, kleuters en schoolkinderen en worden allerlei gespreksonderwerpen voorgedragen en uitgediept: van echtscheiding tot de geboorte van een broertje of zusje, van verhuizing tot seksualiteit. Tot slot worden ook gesprekstechnieken besproken. Zware levensthema' s worden niet geschuwd, maar Gesprekken met kinderen heeft vooral betrekking op de dagelijkse praktijk. Dit boek is zeer geschikt voor ouders en voor iedereen die veel met kinderen omgaat.
In het leven van (jonge) kinderen gebeurt een heleboel: dagelijkse, gewone dingen en ingrijpende zaken. Vooral bij de ingrijpende zaken valt het niet altijd mee om als volwassene een goede gesprekspartner te zijn voor het kind. In dit handzame boek komen verschillende aspecten van het in gesprek gaan met kinderen aan de orde: eerst wordt informatie gegeven over de ontwikkeling bij kinderen (3-12 jaar) wat taal, denken en sociaal-emotionele ontwikkeling betreft. Een volgend deel geeft voorbeelden van ingrijpende zaken en hoe je hier, in een gesprek (gepland en ongepland), mee om kunt gaan: onder andere ernstige verliezen, de boze buitenwereld, je eigen lichaam en vriendschappen en relaties. In het laatste gedeelte komen gesprekstechnische aspecten aan de orde: de opbouw van een goed gesprek (het wat en het hoe) en gesprekstechnieken zoals luisteren, doorvragen, adviseren en confronteren. Het boek geeft veel algemene informatie (een enkele voetnoot naar gebruikte theorie) die verweven is met gespreksmogelijkheden en tips. De informatie is vooral gericht op de praktijk. Hierdoor is het boek laagdrempelig en bruikbaar in thuissituaties, op scholen en in het verenigingsleven. De drie auteurs zijn orthopedagogen/psychologen.
