MarktPlaza

Harry Mulisch – Siegfried

88x bekeken
3 jaar geleden geplaatst

Kenmerken

Conditie
Zo goed als nieuw
Levering
Ophalen of verzenden

Omschrijving

Harry Mulisch – Siegfried

een zwarte idylle

159 pagina’s
Grote Lijsters

Harry Mulisch (1927-2010) groeide op als zoon van een Oostenrijks-Hongaarse vader die tijdens de Eerste Wereldoorlog officier was in het leger. Al voor de Tweede Wereldoorlog scheidden zijn ouders en verhuisde zijn moeder naar Amsterdam. Zijn moeder emigreerde naar Amerika, terwijl hij in Nederland achterbleef en zijn schrijversdebuut maakte. In 1946 schreef Mulisch zijn eerste verhaal, ‘De kamer’, dat een jaar later in Elseviers Weekblad gepubliceerd werd. Pas na zijn eerste publicatie begon Mulisch zich in literatuur te verdiepen. Daarnaast liet hij zich inspireren door toneel.
In 1951 verscheen zijn debuutroman Archibald strohalm, waarvoor hij de Reina Prinsen Geerligs-prijs kreeg. Dit boek waarin de jongen Archibald jammerlijk faalt in het ontwerpen van een alomvattende filosofie, vormt het begin van een reeks romans, novellen en toneelstukken, die hun kracht ontlenen aan een superieur evenwicht tussen mythologische, magische en psychologische motieven. Na Het stenen bruidsbed (1959) trad een verandering op; de realiteit kwam meer op de voorgrond te staan. In 1961 verscheen Voer voor psychologen en niet lang daarna De zaak 40/61, over het proces in Jeruzalem tegen Eichmann.
De verteller verteld (1971) introduceerde een nieuwe periode: het boek bevat een fragmentatie van parodieën op stijlen en genres, aforismen en invallen. De roman Twee vrouwen (1975) en de novelle Oude lucht (1977) zijn voorbeelden van glasheldere verhalen waarachter zich echter een complex mythologisch gebeuren vol Mulisch-motieven afspeelt. In 1977 werd hij, op zijn vijftigste verjaardag, benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau en in 1992 tot Officier.
In het jaar dat Mulisch 65 jaar werd, verscheen De ontdekking van de hemel (1992), door critici een meesterwerk genoemd en unaniem bejubeld. In deze roman komen alle thema’s die Mulisch in de loop de jaren in zijn boeken heeft verwerkt bij elkaar. Ook in het buitenland, met name in het Duitse taalgbied, was het boek een ongekend succes. In 1998 verscheen de veelgeprezen roman De procedure, die zich moeiteloos voegt in het rijkgeschakeerde, en zich voortdurend vernieuwende oeuvre. Het boek werd in 1999 bekroond met de Libris Literatuurprijs. In 2000 verscheen de meest recente roman van Mulisch, Siegfried, een zwarte idylle, die nominaties kreeg voor de AKO Literatuurprijs en de NS Publieksprijs.
Harry Mulisch ontving op 8 januari 2007 een eredoctoraat aan de Universiteit van Amsterdam bij gelegenheid van de 375ste dies natalis van de Amsterdamse universiteit. De ontdekking van de hemel werd in 2007 verkozen tot de beste Nederlandse roman aller tijden. Verdere literaire prijzen zijn onder meer de Constantijn Huygens-prijs (1977), de P.C. Hooft-prijs (1986), de Prijs van de Nederlandse Letteren (1995). Ook in het buitenland werd hij gelauwerd, onder meer met de benoeming tot Chevalier de l’Ordre des Arts en des Lettres door het Franse Ministerie van Cultuur (2001), de verlening van het Kruis van Verdienste eerste klasse in de Orde van Verdienste van de Bondsrepubliek Duitsland (2003) en de Italiaanse Premio Flaiano Internationale literatuurprijs (2003) en Premio Nonino (2007).
Werk van Harry Mulisch is vertaald in het Engels, Duits, Frans, Spaans, Portugees, Italiaans, Noors, Zweeds, Fins, Deens, Russisch, Ivriet, Pools, Tjechisch, Slowaaks, Hongaars, Roemeens, Servokroatisch, Sloveens, Bahasa Indonesia, Chinees. De Aanslag spant de kroon met een vertaling in twintig talen.
Harry Mulisch overleed op 30 oktober 2010.


Rudolf Herter, hoofdpersoon in Siegfried, is een alter ego van Harry Mulisch die de gelegenheid heeft aangegrepen om zichzelf opnieuw met de nodige zelfspot ten tonele te voeren.
Samen met Maria, de moeder van zijn zoontje Marnix, brengt de schrijver Herter een bezoek aan Wenen, de stad van zijn Oostenrijkse vader en van Hitler. Bij uitstek de plek om, zoals het in de roman wordt genoemd, de Endlösung der Hitlerfrage te ondernemen.
Tijdens een televisie-interview komt Herter bij toeval op het idee hoe hij dat in een roman zou moeten uitwerken. Wat hij wil is Hitler postuum een ‘gefingeerde spiegel’ voorhouden, “waarin we zijn gezicht alsnog te zien krijgen”. Maar als hij na afloop van zijn lezing in de Wiener Nationalbibliothek kennismaakt met het bejaarde echtpaar Ullrich en Julia Falk, van wie hij de volgende dag iets over Hitler verneemt wat niemand weet, blijkt de werkelijkheid absurder dan de auteur kon bedenken.
Hoofdpersoon van deze goed ontvangen roman uit 2001 van Mulisch (1927) is Rudolf Herter, begin 70, schrijver met een “lang, smal, breekbaar, welhaast doorzichtig lichaam”, na twee kankeroperaties en een hersenbloeding. Hij is met zijn dertig jaar jongere vriendin Maria in Wenen, om de zojuist verschenen vertaling van zijn roman ‘De Uitvinding van de Liefde’ te promoten. Enkele jaren na de oorlog was hij ook in deze stad, die daar toen nog de duidelijke sporen van vertoonde. Hij is gefascineerd door Hitler, “een onbegrijpelijke dode, die je haat”, zoals hij in een televisie-interview zegt. Als gevolg van deze uitspraak komt hij in contact met een hoogbejaard echtpaar dat in de jaren dertig op Hitlers buitenverblijf Berghof in de huishoudelijke dienst heeft gewerkt. Tijdens een bezoek aan hen vertellen zij hem iets dat hem bijna letterlijk van zijn stoel doet vallen. Als vanouds speelt Mulisch hier weer een spel met de werkelijkheid, het is bijvoorbeeld welhaast onmogelijk om in Herter geen (gechargeerd) zelfportret te zien. De toespelingen op gebeurtenissen uit zijn eigen leven zijn te talloos om toevallig te heten. Het enige verschil is dat Herter aan het eind van het boek het loodje legt.

Bespaar portokosten bekijk ook mijn andere advertenties