175 pagina's
Wat is tijd? Van de 5e-eeuwse filosoof Augustinus van Hippo kwam de beroemde uitspraak dat hij wist wat tijd was zolang niemand het hem vroeg. Dit boek geeft antwoord op deze vraag en durft verder te gaan dan Augustinus. Het volgt de geschiedenis van tijd van de periode van Augustinus tot de vloeiende tijd van Newton, de ‘conventionele tijd’ van Poincarré, de statische tijd van Einstein en dan door naar het idee dat er geen tijd bestaat in de kwantumgravitatie. Is tijd een vierde dimensie net als ruimte? Of ‘vloeit’ hij op een bepaalde manier? En als dat zo is, hoe snel dan? Bestaat de toekomst? Is het mogelijk door de tijd te reizen? Waarom lijkt tijd in slechts één richting te verstrijken? Deze en andere kwesties komen op toegankelijke, heldere en originele wijze aan bod in deze geïllustreerde pocket.
Tijd is op het eerste gezicht een zeer simpel begrip, maar schijn bedriegt. Dit blijkt al in het begin van het boek waar een aantal belangrijke filosofische aspecten en theorieën aan bod komt. Zo maakt men binnen de metafysica van de tijd onderscheid tussen het eternalisme en presentisme. In de twintigste eeuw publiceert Einstein zijn relativiteitstheorie. In het boek wordt vervolgens stilgestaan bij het aspect tijdreizen. Een vraag die hieruit voortvloeit, is of we het verleden kunnen veranderen of beïnvloeden. Het boekje is opgedeeld in korte hoofdstukken waarbij telkens een bepaald aspect of idee wordt aangehaald en summier verklaard. Karakteristiek is dat de auteurs gebruikmaken van tekeningen, figuren en cartoons. Deze helpen de inhoud verduidelijken maar soms zijn ze puur illustratief. Het boek is een lovenswaardige poging om het begrip tijd vanuit wetenschappelijke en filosofische hoek te benaderen en op een vrij laagdrempelige manier uit te leggen. Toch is door de beknoptheid niet alles even goed te begrijpen. Achterin nog een korte bibliografie en register. Gebonden uitgave in pocketformaat met leeslint; kleine druk.
