Deze gewone, vriendelijke vrouw die achter haar machtige boezem een hart heeft dat haar verstand verre de baas is, deze onwankelbare en onvergelijkelijke wederhelft van Pa Pinkelman is de verpersoonlijking van de goedheid. Haar onuitputtelijke tas met broodjes is niet zozeer een bewijs van haar nooit te stillen eetlust, het is veel meer een symbool van haar onuitputtelijke genegenheid jegens haar echtgenoot. Het bolwerk van haar huwelijkstrouw is de bolhoed an Pa Pinkelman. De bolhoed waarmee Pinkelman kan toveren. maar de ware kracht schuilt in de gewone werkelijkheid die achter de speelse fantasie en geniale invallen van Godfried Bomans is verborgen. De avonturen van Tante Pollewop zijn geen gewone avonturen. het zijn de meest volmaakt-dwaze invallen van iemand die het leven kent en die dit vurig bemint.
